De uitvinders van ZeroTape en de Duitse universiteit van Siegen deden uitgebreid onderzoek naar de klassieke, metalen tape dispenser en kwam tot de conclusie dat deze te zwaar is, waardoor er veelvuldig fysieke klachten ontstaan. Dit vooral bij de pols, arm en schouder.
Zij veranderden de constructie van de dispenser en stapten over van staal naar een kunststof behuizing, waardoor de ZeroTape dispenser veel lichter is.
Taperoller met slimme constructie
In de nieuwe constructie is het tape aanbrenggedeelte zodanig gepositioneerd dat de gebruiker de dispenser slechts licht tegen de doos moet aandrukken, waardoor de tape daar vastplakt. Vervolgens kan de gebruiker de dispenser met één rechte beweging naar zich toe trekken en de doos zo dicht tapen. Daarna drukt de gebruiker het innovatieve klepje tegen de doos, dat onderdeel uitmaakt van een mechanisme dat een gekarteld mes naar buiten duwt, die de tape afsnijdt. Het mes is in ruststand opgeborgen wat voor extra veiligheid zorgt.
Kleine kern, meer tape
De ZeroTape dispenser heeft een kleinere kern waardoor er meer tape op een rol kan. Conventionele dispensers bezitten een tape rol met een kern van 76 mm. Terwijl de roldiameter van de ZeroTape dispenser slechts 38 mm is. Door de kleinere kern kan er tot wel 150 meter tape op een rol zitten in plaats van de gebruikelijke 66 meter.
Verschillende tape kwaliteiten
‘Er kunnen verschillende tapekwaliteiten worden gebruikt op de ZeroTape dispenser’, vertelt Arjan Voshart, portfoliomanager bij Topa. ‘Het apparaat is geschikt voor kunststof tape en papieren tape. Binnenkort komen we ook met een rPET-tape op de markt. Deze tape bevat meer dan 70% gerecycled PET verpakkingen. Het voordeel van PET-tape is dat het sterker en terwijl ook dunner is dan PP-tape, waardoor er meer meters op een rol kunnen.
Verder is het mogelijk om de kunststof tape kern retour te sturen naar Topa , zodat deze kan worden hergebruikt.
Voshart tot slot: ‘Deze kwalitatieve tapedispenser is zowel ergonomisch als duurzaam. Het is een succesvolle innovatie waar veel vraag naar is.’