Hoe ben je op het idee voor de Saucy Slide gekomen en hoe zag het ontwikkelproces eruit?
Als sausliefhebber merkte ik dat de dop van een sausfles vaak vies is, er te grote porties uit een fles kunnen komen en dat het laatste beetje juist blijft hangen. Na enig (consumenten)onderzoek concludeerde ik dat de meeste consumenten de fles weggooien met het restantje saus er nog in. Hierdoor verspillen we jaarlijks per Nederlander ongeveer drie flessen van 400 ml en staat saus in de top tien van meest verspilde voedingsmiddelen. Op basis van een uitgebreid onderzoek heb ik de verpakking ontworpen, getest, mockups ontwikkeld en een ‘reality check’ onder consumenten gedaan. Ik heb mij gefocust op een fles, omdat dit een populaire verpakking is en hier de meeste mayonaise in achterblijft.
Hoe belangrijk is creativiteit om een verpakking als Saucy Slide te kunnen ontwikkelen?
Heel belangrijk, aangezien er veel bij de ontwikkeling van een nieuwe verpakking komt kijken. De concurrentie is groot en tegenwoordig is over alles nagedacht: kleine, grote, duurzame, to go sausverpakkingen, noem maar op. Om dan iets onderscheidends te ontwikkelen, dat vergt creativiteit. Bovendien gaat het niet alleen om uiterlijk; je moet kijken naar het hele productieproces. Hoe kan dit duurzamer? Goedkoper? Of sneller? Kunnen vakkenvullers de verpakking makkelijk in het schap plaatsen? Blijft de fles überhaupt staan? En wordt deze snel meegenomen door de consument? Ik heb geprobeerd anders te denken en daarbij oog te houden voor de haalbaarheid.
Waar haal jij je inspiratie vandaan?
Ik ben erg fan van Scandinavische designbureaus en merken, zoals Stockholm Design Lab, de prints van Marimekko en het interieur van Normann Copenhagen. Ook lees ik veel magazines over verpakkingen en design en spreken de boeken van Pentawards met al die innovatieve, extraverte ontwerpen mij erg aan. Verder worden er op Pinterest, TikTok, Instagram en verschillende trendsites interessante artikelen, foto’s en video’s gedeeld. Maar de beste manier voor mij om inspiratie op te doen is een ‘trendtour’, waarbij ik mijn omgeving of juist daarbuiten ontdek. Wat zie ik in de etalages? Op reclameborden? Wat is er nieuw in de supermarkt? Ook tentoonstellingen, zoals in het Designmuseum Den Bosch, boeken en andere musea vind ik inspirerend. Overal zijn trends te spotten.